Varen, varen over de baren 22-1-14

Gisteren bij het zwemmen zagen we raar fenomeen: over de lengte van heel het strand kwamen de golven een voor een tevoorschijn. Je zag er dus maar een en het rare was over de hele lengte van het strand. Toch gauw een paar kilometer. Mijn verklaring: er was bij Wellington een aardbeving geweest van 6.2 alleen erg diep, n.l. 90 km. Zou dat het golf patroon hebben teweeggebracht? Misschien, wie zal het zeggen. Het is woensdag en om 8 uur rijden we naar Kaiteriteri, zo’n 40 km verder. Het begint van Abel Tasman park. Op het goudkleurig strand slepen we de kajaks naar zee. Johan is zijn hoed vergeten. De zon schijn af en toe maar is toch het meest achter de sluierbewolking. Het is hier aardig druk op het water. Een waterskieer raast voorbij. Een catamaranveerboot meert aan. Twee jongens op een waterscooter pruttelen langzaam voorbij. Als we de bocht omgaan bij de rotsen van de baai is het een stukje rustiger. Omdat het al een paar dagen niet echt gewaaid, heeft is het water rustig en goed om te peddelen. Verder op ligt Fishermans Island. We steken over. Dan duurt best lang voor je gevoel. Je hebt het idee dat het eiland niet echt dichterbij komt. Als we op het strandje afmeren, zegt een man, die daar met zijn gezin is dat we 5 km geroeid hebben. Hier verzamelen we mosselen, die we vanavond zullen verorberen. Het eiland is klein 50 bij 25 m. Nu steken we over naar Adele Island Iets groter (500 bij 300) Hier varen we om heen. Pracht om te zien hoe bomen op rotsen staan en je vraagt je af, hoe is het mogelijk dat ze het daar volhouden. We zien en paar zeehonden met hun jongen. Op naar het vaste land, een bekend strandje Apple Tree Bay. Tijd voor de lunch met koffie. Als we terug varen gaat het makkelijk met de stroom mee. Ongeveer 5 uur de armen het werk laten doen. Goed om niet te lang te kajakken. We weten inmiddels dat de spieren je een waarschuwing geven van hun beperktheid. Op het strand van Kaiteriteri is het nu aardig druk. Het is nog even zoeken naar de auto. Na de boten opgeladen te hebben nog even zwemmen. Het water is aardig fris. Vind je het gek? Het komt rechtstreeks van zee. Áls we de gevangen oogst oppeuzelen, die avond, komt het liedje van “zeg ken jij de mosselman?” toch bovendrijven. Hij komt van Fishermans Island.